Markt

donderdag, 5 augustus 2021

Geplaatst door Joyce van der Lee op 8 augustus, 2021

Allemaal gaan we er naartoe. En ieder jaar wéér laten we ons verleiden. Ondanks de hitte, de irritaties, het geslof, gesjouw en gezweet. Ja hoor. Daar is-ie weer. De markt!

En Ben gaat ook altijd weer trouw mee met mij. Zoals afgelopen donderdag. De wekelijkse markt hier in het oude dorp van Jávea. Nog niet zo zeer voor de marktkoopwaar, maar meer om het fraaie volk vanaf afstand te bekijken. 
Sowieso is het dorp waar de markt gehouden wordt al mooi. De oude maar mooie straatjes met al zijn balkonnetjes waarin de tegeltjes zijn verwerkt. Echt geweldig.

Maar de markt. Ik weet nog goed. De laatste keer dat we hier naartoe gingen was 2 jaar geleden. Op de fiets. Een "gewone ouderwetse fiets. Toen ik boven was , woohh, ik was zo een beetje halfdood. Maar ja, wie krijgt het ook in zijn botte kop om een markt BOVEN op een berg te houden? Maar dit keer met onze elektrische fiets. Er is dus toch een god. Tsop-tsjop-tsjop, zo langs die enorme file met auto’s, met een graadje of 30 in m’n nek en een graadje of 10 onder m’n bandjes zo stijl dat het was, en hoppa we waren boven.
Je had die koppen van die Spanjaarden moeten zien. “Ja kijk maar goed," dacht ik nog euforisch, "die kaaskoppen zijn zo gek nog niet."

En ook geen probleem met parkeren. Op naar het marktterrein en ….. mondkapjes…Ik hoor Ben nog zeggen “Als we een mondkapje moeten opdoen, dan ben ik zo weg hoor”.....o,o,..
Bij de ingang met dranghekken (!) word ik meteen gedesinfecteerd, er wordt nog net niet een monddoekje op m’n smoel vastgebonden, krijg ik meteen een sticker op m’n borst gedrukt en zie ik dat er een collectebus onder mijn neus wordt geschoven.  Ik ben nog wel zo helder bij geest om nog net een “No” eruit te persen, waarna ik als een Spaans Iberico varken vervolgens de wei in wordt gestuurd.
Ik ben op de Markt!

Tot mijn grote verbazing, heeft Ben toch voor zijn monddoekje gekozen en heeft gelaten ook het hele “circus” doorstaan. Hij sluit zich vervolgens aan bij mij. Zijn gezicht kan ik niet zien, maar aan zijn ogen weet ik dat hij tot het randje is uitgedaagd. Aaahhh, Ben is voor de rest van de dag mijn held.

Het voelt weer als vanouds. Alsof we niet zijn weggeweest. De kramen staan hetzelfde. De mensen zijn hetzelfde. En ook de uitspraken zijn hetzelfde: “Wel kaaiken, nie kooipeen”. 
Het is druk. Het is hoogseizoen. De trek-achter-mijn-reet-aan-karretjes zijn meer dan ooit aanwezig en dat merk ik aan mijn achillespezen. Het voelt aan als de Huishoudbeurs, maar door de “lo siento’s”(voor de niet Spaans-sprekenden “het spijt me”) weet ik meteen weer dat ik in Spanje ben.

We lopen ons rondje en ….ja, een tankini! De oplossing voor mijn “badpak-probleem”. Maar opgelost zal het nooit worden. Ik laat het aan Ben zien en met de opmerking “Dat is nou écht iets voor ouwe mensen” hang ik het maar weer snel terug. Hier zullen wij het nooit over eens gaan worden, vrees ik.

De keffende hondjes zijn na jaren dan eindelijk verstoten door de concurrent, dé zwemmende kikker. Een marktkoopman heeft de bewuste plastic kikkers, die al gretig door zijn zinken teil zwemmen, zoals hij zegt voor een "special price". Kinderen zitten er verlangend bij, in de hoop er ook eentje te krijgen. Ik vraag me af hoeveel van dit soort kikkers er zijn gekocht en inmiddels ergens thuis of in de tuin in een hoekje liggen en waar nooit meer naar omgekeken wordt.
De verkoop van dit simpele on-ogende stukje speelgoed zal waarschijnlijk de kracht van deze marktkoopman moeten zijn. Wanneer ik namelijk zie, dat hij alleen maar kikkers in zijn kraam heeft, vraag ik mij af hoe hij daar van rond kan komen.
Ik zie hem al thuiskomen: “Querida, ik heb vandaag 10 kikkers verkocht. Fijn hé, kunnen we morgenochtend weer een eitje bij het ontbijt”.

We lopen nog even verder.
De jurkjes en shirtjes worden achterin de kraampjes schaamteloos met én zelfs zonder bh gepast. En het valt mij op, dat de verkoopster steeds blijft zeggen: “Is koet, is koet”, terwijl de dame die het betreft geen spiegel heeft en moet uitgaan van het advies van de verkoopster. Ik schud met mijn hoofd naar de dame, in de hoop dat zij mij ziet en begrijpt dat de rolletjes duidelijk zichtbaar zijn en dat een maatje groter toch wel beter is.
Ik zie haar even later met een tasje van de markt weglopen. Het oogcontact heeft weinig geholpen, vrees ik.

We maken nog een goeie deal voor Ben die in ieder geval wel weer voor een zeer schappelijke prijs een cap – altijd mazzel, past altijd – heeft, waarna we hét weer hebben gehad.
De markt is leuk, maar wel pas wanneer Ben z’n pet heeft. Want pas dán is de dag geslaagd!


Joyce van der Lee

Delen